Boek

Source code : mijn oorsprong

Source code : mijn oorsprong
×
Source code : mijn oorsprong Source code : mijn oorsprong
Boek

Source code : mijn oorsprong

Nederlands
2025
Volwassenen
Autobiografie van de Amerikaanse ondernemer en filantroop (1955). Met foto’s, illustraties en portretten in kleur en zwart-wit.
Persoononderwerp Gates, Bill
Titel Source code : mijn oorsprong
Auteur Bill Gates
Taal Nederlands, Engels
Oorspr. taal Engels
Oorspr. titel Source code : my beginnings
Uitgever Amsterdam: Querido Facto, 2025
364 p., [16] p. foto's
ISBN 9789025313418
Plaatsingssuggestie 520.4 (SISO)
Managers (ZIZO)

De Volkskrant

Kleine Bill beleefde niet veel
Laurens Verhagen - 15 februari 2025

'Natuurlijk spraken we nooit over deze gevoelens. Maar ze waren er wel degelijk.' Is getekend: Bill Gates. Het is goed dat de nu 69-jarige, immens succesvolle Microsoft-oprichter het tweede zinnetje toevoegt, ergens halverwege zijn memoires.

Hij loopt namelijk niet te koop met zijn gevoelens. Sterker nog: vrijwel nergens krijgt de lezer het idee dat hij gevoelens heeft. In dit eerste deel, dat gaat vanaf zijn geboorte in 1955 tot 1980, beschrijft de bebrilde miljardair zijn vormende jeugdjaren, inclusief de ongemakkelijke momenten.

Gates doet dit met een kurkdroge, afstandelijke stem die gaandeweg wat begint te schuren. 'Ze noemden me een eenling, een nerd, een beetje vervelend', schrijft hij dan. Of: 'Ik voelde me verloren op deze nieuwe school en viel terug op mijn vertrouwde typische gedrag en speelde de grapjas.'

De latere oprichter en topman van Microsoft ontziet zichzelf niet. Hij is niet alleen een buitenbeentje; hij is klein van stuk en heeft een raar piepstemmetje. Die einzelgänger is hij eigenlijk overal: 'Mijn juf, mijn ouders en het schoolhoofd wisten niet wat ze met me aan moesten.'

Logisch ook wel, want de kleine Bill laat zich niet in een hokje stoppen. Verlegen, maar ook stronteigenwijs en, zo blikt de volwassen Bill terug, vol met grappen en grollen om zichzelf maar een houding te geven. Humor was zijn wapen tegen de boze buitenwereld. Dat moet de lezer dan maar geloven, net als zijn bewering dat hij gevoelens had.

De bewijzen voor zijn humor zijn even spaarzaam als weinig overtuigend. Gates benoemt vooral: 'Opvallen door grappen te maken of rare dingen te doen werd een steeds groter onderdeel van mijn identiteit op school.' Als Gates een volgens hem hilarisch voorval schetst, krijgt de lezer een belegen anekdote geserveerd over een bureaustoel die een heuvel afrijdt. 'We barstten in lachen uit.'

Gates groeit op in Seattle, in wat leest als een harmonieus gezin. Zijn vader is advocaat, zijn moeder feminist avant la lettre. En zijn oma leert hem kaartspelletjes, waarmee Gates voor het eerst zijn werkgeheugen traint en het vermogen patronen te herkennen, wat hem in zijn latere leven flink van pas komt.

Minutieus beschrijft de filantroop zijn hele jeugd, zijn leven op school en zijn leven thuis. Dat levert soms bizar saaie passages op, bijvoorbeeld over zijn ouderlijk huis: 'De voordeur gaf toegang tot de begane grond met de woonkamer, keuken en slaapkamer van mijn ouders. Beneden, in feite in het souterrain, bevonden zich de slaapkamers van Kristi en mij.' En zo gaat het nog even door.

Ook in de beschrijvingen van tragische gebeurtenissen, zoals het overlijden van zijn jeugdvriend Kent, betoont Gates zich nogal afstandelijk. 'Vriendschappen in die tijd waren zuiver en dat waardeer ik nu meer dan toen', schrijft hij over een andere periode.

Een stuk enthousiaster is hij als hij verhaalt over zijn eerste ervaringen met programmeren, over de boeken die hij graag leest (over bruggen bijvoorbeeld) of over de periode dat hij vaste bibliotheekassistent is. Maar ook daar is het lastig hem helemaal te volgen. 'Midden op de tafel stond een DEC PDP-1', schrijft hij dan. 'Ik had over de PDP-1 gehoord en wist dat dit het eerste computermodel was dat DEC verkocht had.'

Wat een eigenaardig jochie, zal de gemiddelde lezer denken. En dat klopt. In de epiloog komt de aap uit de mouw: 'Als ik nu zou opgroeien, zou ik waarschijnlijk de diagnose autismespectrumstoornis krijgen.' Uiteraard.

Hiermee is Gates niet uniek in de techwereld, waar het wemelt van de genieën 'in het spectrum'. Denk aan Elon Musk of wijlen Apple-topman Steve Jobs. Gates steekt vergeleken bij hen een stuk sympathieker af, maar ook een stuk saaier. De grote vraag is of de autobiografie van saaie mensen per definitie saai is. Dit eerste deel van Gates' levensverhaal beantwoordt deze vraag bevestigend.

Toch, zo tegen het einde van het boek, begint zijn levenswandel warempel interessant te worden. Dat heeft allereerst te maken met de ontmoeting met de twee jaar oudere Paul Allen, met wie Gates een paar jaar later Microsoft begint.

Allen houdt ook van computers, wiskunde en code, maar is in veel opzichten Gates' tegenpool. Allen speelt gitaar, is fan van Jimi Hendrix, heeft ervaring met meisjes én - we spreken van de late jaren zestig - met lsd. Uiteindelijk laat Gates zich ook overhalen om het geestverruimende snoepgoed te proberen, maar het is geen verrassing dat zelfs zijn lsd-trip vrij saai is.

'Aangezien het brein net een geavanceerde computer is, dacht ik: Hé, misschien kan in mijn brein het commando geven om mijn geheugen helemaal leeg te maken', schrijft hij over 'het hoogtepunt' van de trip.

Nee, het interessante heeft meer te maken met de begindagen van wat later een oppermachtig software-imperium zal worden. Gates betoont zich op jonge leeftijd al een gehaaide zakenman die ondernemingslust met doorzettingsvermogen combineert.

Zijn memoires gaan nadrukkelijk níét over Microsoft of de toekomst van technologie, benadrukt de achterflap, maar over zijn persoonlijk leven. Misschien is dat wel het grootste manco van dit boek. Het persoonlijke leven van Bill Gates is gewoon niet zo interessant. In ieder geval niet tot 1980.

 

NBD Biblion

Bookarang (AI samenvatting)
Een openhartige autobiografie van de Amerikaanse ondernemer en filantroop Bill Gates (1955). Bill Gates deelt in dit boek zijn persoonlijke verhaal. Het boek behandelt naast zijn zakelijke successen met Microsoft en filantropie met de Gates Foundation ook zijn jeugd, familie en vroege passies. Gates beschrijft de invloed van zijn grootmoeder en ouders, zijn eerste vriendschappen en het verlies van zijn beste vriend. Hij vertelt over zijn zoektocht naar acceptatie en zijn ontdekking van coderen en computers, wat leidde tot zijn rol in de technologische revolutie. Onderhoudend geschreven. Met foto's, portretten en illustraties in kleur en zwart-wit. Bill Gates (Seattle, 1955) is een Amerikaanse ondernemer, filantroop en softwareontwikkelaar, met name bekend als medeoprichter van Microsoft.

Trouw

Een deugniet die aan een revolutie werkte
Hans Nauta - 22 maart 2025

Als de 13-jarige Bill Gates naar de therapeut moet voor een gesprek over zijn onhandelbare gedrag, windt hij er geen doekjes om. "Ik sta op voet van oorlog met mijn ouders", zegt hij. De latere topman van Microsoft luistert slecht, is bijdehand en beledigend, en volgt vooral zijn eigen fascinaties.

Geef de jongen meer vrijheid, adviseert de therapeut, maar die neemt Bill al volop. Zo klimt hij datzelfde jaar vele avonden en nachten uit het slaapkamerraam. Met de bus en lopend gaat hij naar het bedrijfsgebouw in Seattle waar hij een computer kan gebruiken. In 1968 is toegang tot een computer zeldzaam. Bij het bedrijf C-Cubed mag hij helpen als leerling-programmeur. Waarom zou hij 's avonds thuis zijn tijd verspillen?

In de autobiografie Source Code legt de Amerikaanse techpionier, ondernemer en filantroop Bill Gates de eerste 23 jaar van zijn leven vast. Hij kondigt alvast twee andere delen aan, over de Microsoft-jaren en over zijn werk voor de Gates Foundation.

De titel verwijst niet alleen naar de computercodes die hij als tiener leerde schrijven, waardoor hij een voorsprong had op concurrenten toen de microchip de betaalbare bureaucomputer mogelijk maakte, en er een hele nieuwe markt ontstond. Het is ook een verwijzing naar zijn geestelijke 'broncode': de bedrading in zijn hoofd, zijn DNA en karakter, en de opvoeding in een welgesteld milieu.

Gates had een logische manier van denken en pikte sociale signalen niet op. 'Als ik nu zou opgroeien zou ik waarschijnlijk de diagnose autismespectrumstoornis krijgen', schrijft hij.

Kaartspelend met oma ontdekte hij als zevenjarige hoe ze steeds de optimale beslissing nam. Gates vergelijkt haar nu met een computer. Ze speelden samen patience − dat verklaart waarom Gates de wereld op Windows patience liet spelen.

Op school stond tijdelijk een 'typemachine met een telefoondraaischijf', om verbinding te maken met een computer in Californië, en het computerlokaal werd een clubhuis. 'De cijfers hadden eronder te lijden, onze ouders maakten zich zorgen. Maar we leerden, en we leerden snel. Het was de leukste tijd die ik op school heb meegemaakt.' Later ging het op Harvard net zo.

Hoe leer je programmeren zonder instructieboeken en tutorials op YouTube? Gates en zijn vriend Paul Allen, mede-oprichter van Microsoft, visten stroken computerpapier van echte programmeurs uit de vuilniscontainer die was buitengezet. Met daarop de broncode die verboden terrein was voor de jongens. 'Het opwindendste wat we ooit hadden gezien.'

Schoolvriend Kent leerde hem zakelijk denken. Al op zijn vijftiende verkocht Gates een programma voor de salarisadministratie aan bedrijven.

In het studentenleven waren zijn enige uitspattingen te hard autorijden (een nachtje cel) en zijn overmatige computergebruik. Klinkt saai voor een autobiografie, maar toch is het boeiend om te lezen hoe een vriendenclub opgaat in een gedeelde fascinatie. En zo zonder het helemaal te beseffen bijdraagt aan grote maatschappelijke veranderingen.

Ook schetst Gates een mooi beeld van de vroege computercultuur. Hobbyisten waren in de jaren 70 opgetogen over de komst van de betaalbare Altair-computer, ook al moest de koper die zelf in elkaar solderen. Als idealisten vonden ze dat de software (van Gates) gratis zou moeten zijn. Het principiële gevecht tegen piraterij begon toen al.

Wie niet van computers houdt, kan Source Code lezen als het verhaal van een bijzondere jongen die zijn weg moet vinden, als scholier en student, en de verwachtingen van zijn ambitieuze ouders op zijn schouders voelt drukken. Interessant voor hedendaagse ouders met een eigenzinnige tiener.