Kurt werkt met zijn vorkheftruck in de haven, waar hij op een dag een heel grote vis vindt. Met zijn vrouw en drie kinderen en die vis als voedsel voor onderweg, besluit hij een wereldreis te maken. Zo komen ze in Amerika, Brazilië, Antarctica, India, Afrika, Spanje en Frankrijk, waar ze kennismaken met de inwoners en gewoonten, die soms wel wat karikaturaal neergezet zijn. (Amerika en pistolen, Brazilië en feesten, India en uithuwelijken). Ook de figuren zijn vooral karikaturen. Ze hebben meestal slechts één eigenschap: heel mager of drinken de hele dag en overal frisdank. De tekeningen sluiten daar goed bij aan: in zwart-witte pentekeningen wordt een mooi, eenvoudig en grappig beeld gegeven zonder veel details. Een humoristisch verhaal, waarin de steeds kleiner wordende megavis op de vorkheftruck een grappig effect geeft. Een vlot geschreven verhaal in korte zinnen met enkele lastige woorden als vorkheftruckchauffeur, Antarctica en chagrijnig. Voorlezen vanaf ca. 6 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar. Verberg tekst