Het paardenboek
×
Het paardenboek
Nederlands
2005
Vanaf 9-11 jaar
Aan de hand van ondermeer de belevenissen van de schrijvers, reportages en interviews komen allerlei aspecten van paarden aan de orde. Met tekeningen en foto's in zwart-wit. Vanaf ca. 10 jaar.
Onderwerp Paarden
Titel Het paardenboek / Hans en Monique Hagen ; met tek. van Philip Hopman
Auteur Hans Hagen 1955-
Auteur Monique Hagen 1956-
Illustrator Philip Hopman
Taal Nederlands
Uitgever Amsterdam: Querido, 2005 (Andere uitgaven)
121 p. : ill.
ISBN 90-451-0183-1
Plaatsingssuggestie 618.45 (SISO)
Paarden (ZIZO)

Leeswelp

Zin in een gezellig paardenmoment? Knip gauw een 40-wattlamp aan en installeer je. Al de paardenresten die niet als vlees verwerkt worden, vormen jaarlijks zo'n 13 miljoen kilo vlees in Nederland. Na vermaling en verhitting gaat het vleesmeel en vet naar energiecentrales. "Een paard van 500 kilo levert genoeg energie om een lampje van 40 watt ruim drie jaar dag en nacht te laten branden", zo weten Hans en Monique Hagen. Gezellig hé. Het weetgierige duo concentreerde zich anderhalf jaar op paardenweetjes, ze dronken paardenmelk, volgden een paardenambulance, keuvelden met een paardenfluisteraar en bekeken tweehonderd wilde paarden. Bij het beschrijven van hun ervaringen vulden ze mekaar zo mooi aan dat ze "allang niet meer weten wie wat schreef". Ze verwerken in hun relaas steeds een tikkeltje extra feitenkennis of cijfermateriaal, waardoor het niveau makkelijk dat van het obligate paardenweetjesboek overstijgt. Zo leren we hoe hartslagmeters bij politiepaarden verraden welk dier voldoende angstbestendig is, waarom paarden geen gasmaskers nodig hebben en welke schrikreacties niet door de beugel kunnen. We leren dat kuilgras bij een vliegtuigtransport de 'shipping fever' kan voorkomen, hoe een paard geslacht wordt, waar paardenmelk goed voor is, hoe slim mijnpaarden waren of welke paardenharen deugen voor vioolstrijkstokken.

Er komen elk jaar meer paarden bij in de Lage Landen en dus ook paardendokters, paardengekken en paardenplezier. Doorheen 17 boeiende hoofdstukjes kan de jeugd alvast enkele stappen zetten buiten de klassieke begrenzing van de manègewereld. Door de selectie van boeiende onderwerpen en het licht verteerbare aanbod van feiten wordt hun leergierigheid aangenaam geprikkeld. [Hilde Vervaecke]

NBD Biblion

Redactie
In dit keurig verzorgde boek is veel aandacht voor aspecten die in andere paardenboeken nauwelijks aan bod komen. De auteurs vertellen ondermeer over de cursus die ze bij een paardenfluisteraar volgden, hoe politiepaarden worden getraind en hoe ze tussen de wilde paarden liepen. Daarnaast wordt in de zeventien hoofdstukken, die zelf ook weer onderverdeeld zijn, aandacht besteed aan o.a. de oudste paardenboeken, het Paard van Troje, paarden onder elkaar, paardenmeisjes, paardenpoep, de paardenmarkt, werkpaarden, het paard van Napoleon, blindegeleidepony's en de toepassing van paardenstaartharen. In de brede marges zijn nog meer, beknopte, paardenfeiten en -weetjes opgenomen. Veelzijdig, informatief, boeiend en prettig leesbaar boek waarin o.a. interviews, reportages, anekdotes, wetenswaardigheden en verhalen elkaar goed afwisselen. De vele zwartwittekeningen in een gemengde techniek zijn soms schetsmatig, dan weer gedetailleerd, in allerlei formaten rond de tekst geplaatst. Ze sluiten goed aan bij de tekst. De weinige zwartwitte foto's zijn niet van goede kwaliteit. Voor iedereen vanaf ca. 10 jaar, ook als je niet speciaal iets met paarden hebt, en handig voor werkstukken en spreekbeurten. Met register en lijst met literatuur en websites.

Pluizer

Het paardenboek
Lieve Raymaekers - 22 januari 2015
Het Paardenboek' blijft trouw aan de lijn die Querido voor haar IQ- reeks heeft neergezet en die zo verschillend is van andere informatieve boeken: geen hoop weetjes binnen een breed domein maar een goed afgebakend onderwerp dat vanuit alle mogelijke invalshoeken wordt benaderd. Voor paarden mag je daarbij denken aan te verwachten onderwerpen als: rassen, fokken, paarden in mythologie, paard als lastdier, de kuddedynamiek, gezondheid, bereden politie,paardenhandel op de veemarkt. Maar daarnaast ook aan dingen waarvan ik het betreur dat ik ze in de manege of op sportkamp nooit te horen heb gekregen: paard als vluchtdier, paardentaal, het verschil tussen de baas zijn over of de leider van je paard, m.a.w. het verschil tussen macht en gezag. Nog minder voor de hand liggend zijn de productie van strijkstokken (van paardenhaar, jawel), het destructiebedrijf, paardenmest als basis voor champignonkweek, een receptje voor paardensla. Ronduit verrassend tenslotte zijn de bijdragen over de 25 animal attendants van de KLM die dure dekhengsten, een team polopony’s, of andere vliegende paarden begeleiden. Of over het Brooke Hospital for Animals in Caïro, waar niet alleen lastdieren genezen worden maar hun eigenaars ook geleerd wordt hoe ze verantwoord met hun dieren kunnen omgaan. In de kantlijn is al deze informatie dan ook nog gelardeerd met kleine weetjes zoals bijvoorbeeld dat de naam (van de illustrator) Philip afgeleid is uit het Griekse philos/vriend en hippos/paard, en dus paardenvriend betekent. Nog meer typerend voor deze reeks is dat de tekst voorop staat en van de hand is van gerenommeerde jeugdauteurs, in dit geval Hans en Monique Hagen, bekend van Jubelientje, en de dichtbundel 'Jij bent de liefste'. Hun stijl resulteert in een boek dat haast leest als een roman: helder, toegankelijk, meeslepend. Philip Hopman levert daarbij een voortreffelijke aanvullende bijdrage met zijn illustraties. Een bijzonder leuk detail is het galopperende paard. Van bij het begin zie je rechts onderaan een kleine illustratie van een paard, op elke bladzijde. Bij het verhaal over de 24 foto’s van Muybridge, die wou bewijzen dat een paard in galop even met de vier poten van de grond komt, maar hiermee ongewild de grond legde voor de film, kom je te weten waarom: als je de bladzijden snel tussen je vingers laat schieten, zie je het paard galopperen, als in een film. Eén kanttekening bij alweer een uitstekend IQ-boek: in tegenstelling tot Bibi Dumon Tak in 'Het Koeienboek' hebben deze auteurs de blik enkel op Nederland gericht. Jammer, want bij al het zoekwerk dat ze verricht hebben en de interviews die ze afgenomen hebben, was het wellicht een kleine moeite geweest ook enkele Belgische sites en de veeartsenopleiding in Gent mee op te nemen.