Rood
×
Rood Rood
Nederlands
2025
Vanaf 3-5 jaar
Een meisje (ik-figuur) plaagt Tuur omdat hij moet blozen. Wat begint als een grapje, wordt al gauw vervelend. Maar hoe kan ze het pesten laten stoppen? Vanaf ca. 5 jaar.
Onderwerp Bang zijn, Pesten
Titel Rood / tekst en illustraties Jan De Kinder
Auteur Jan De Kinder
Taal Nederlands
Uitgever Eke: De Eenhoorn, 2025 (Andere uitgaven)
[40] p. : ill.
ISBN 9789462918641
Plaatsingssuggestie Pesten - Uitsluiten (ZIZO)

Leeswelp

De ik-verteller in Rood, of waarom pesten niet grappig is, is een lief, klein en schattig meisje dat ontdekt dat de verlegen Tuur heel gauw bloost. De eerste ‘rode trekken’ zijn onschuldig en teder: een enkel rood blaadje aan een tak, een rode streepjestrui en een blosje op de wang van Tuur. Gelaten ziet Tuur toe hoe zijn geheimpje wordt doorverteld. Eerst wordt er nog voorzichtig gefluisterd, maar algauw wordt er luidop gelachen: ‘We fluisteren de wangen van Tuur vol kleur’. De gevolgen voor Tuur en hoe hij zich voelt, zijn schitterend weergegeven in de illustraties, die plaat na plaat in kracht toenemen door het bijna agressieve zwart-roodeffect. 
‘Ik wil dat het stopt’, is de vaststelling van de verteller, maar dan ontbreekt de moed en slaat de angst toe om zelf slachtoffer te worden. Als het escaleert, grijpt de juf in, maar het blijft stil (‘Mijn mond is stil, maar mijn hand wil omhoog.’). En plots gaat toch de rode streepjesarm de lucht in — dit is het sterkste beeld, weergegeven in heel felrode dubbele pagina en kinderhoofdjes met grove zwarte lijnen. De angst valt weg, de kinderen praten en bekennen. De nachtmerrie is over, de rode kleur verliest zijn kracht en gaat over in groen, de kleur die ‘Paul de pester’ lacht. En zoals alleen kinderen dat kunnen, eindigt het verhaal met een ‘zand erover’ en weer samen spelen: de rode kleur krijgt opnieuw iets liefdevols.
Jan De Kinder koos een interessant, origineel uitgangspunt voor zijn verhaal: een onopvallend uiterlijk kenmerk, nog niet eens een afwijking of gebrek, dat een klein en vrolijk kind opvalt en waarover ze haar vrienden vertelt zonder de gevolgen of reacties te kunnen inschatten.
Af en toe zijn woorden overbodig, want de illustraties vertellen het werkelijke verhaal. Door gebruik te maken van verschillende technieken en materialen toont Jan De Kinder zijn meesterschap. De kleurkeuze is bijzonder geslaagd; net zoals in enkele eerdere werken met Hilde Vandermeeren (Van een kind dat tikkertje speelt met de wind) en Pieter Van Oudheusden (De stier met de mooie benen) domineert de rode kleur het hele boek en slaagt De Kinder erin om een bijzondere sfeer te creëren.
Dat een klein ongemak zwaar kan wegen op een kind, toont De Kinder in een woordeloze dubbele pagina. De hemel kleurt felrood: de kleuter kan nog onvoldoende relativeren en heeft nog niet leren omgaan met iets oncontroleerbaars. Of overdrijft Jan De Kinder hier? Zijn vierjarigen al in staat te beseffen dat sproeten, rood haar, scheel zien, blozen enz. opvallende uiterlijke kenmerken zijn? Geven ze al aanleiding tot pestgedrag in een kleuterklas? Een beetje onrealistisch is in elk geval de rol van de juf in dit verhaal. Verder dan enkele keren vragen naar wat er is gebeurd, gaat de schrijver niet en bovendien heeft juf geluk dat de kinderen zo snel en spontaan de waarheid opbiechten. Liever zag ik haar een rol aangemeten die het mooie en het fijne aantoont van de kleine menselijke verschillen. Dit boek bevat een verhaal over pesten, maar eigenlijk is dit veel meer een boek over opkomen voor elkaar en het mooie en unieke van elk mens. Daarom had de uitgever best mogen kiezen voor Rood als titel, want de ondertitel suggereert niet echt de kern van het verhaal. De voorlezer zal echter met behulp van de prachtige en krachtige illustraties moeiteloos een verhaal kunnen verzinnen, aangepast aan de situatie en de doelgroep.
[Ann Schatteman]

NBD Biblion

Bookarang (AI samenvatting)
Een invoelend prentenboek over pesten op school en het opkomen voor een ander. Het boek vertelt een verhaal over een pestsituatie vanuit het perspectief van een omstander. Wat begon als een plagerig grapje over Tuurs blozende wangen, verandert snel in pestgedrag waar de hele klas aan meedoet. De hoofdpersoon (ik-vorm) heeft spijt, maar durft de pestende klasgenootjes niet meer tegen te spreken. Het verhaal verkent de moed om op te komen voor een ander en hoe je het pesten kan stoppen. Het boek bevat een verslag over de publicatiegeschiedenis van het boek in diverse landen. Hierin staat vermeld hoe je in verschillende talen ‘rood’ zegt en vijf wist-je-datjes over de internationale uitgaven. Met poëtisch taalgebruik geschreven. Met expressieve illustraties in aardse tonen en felrode details. Vanaf ca. 5 jaar. Jan De Kinder (1964) is een zeer bekende Belgische auteur. Eerder schreef hij ‘Olifant ondersteboven’,* en publiceerde vele kinderboeken samen met Marco Kunst. Dit boek is een heruitgave van ‘Rood of Waarom pesten niet grappig is’, dat in achttien talen is vertaald.

Pluizer (2)

Rood
Hilde Ramboer - 02 november 2025

Dit prentenboek werd in 2013 voor de eerste keer uitgegeven en werd nu heruitgegeven. Het boek had zoveel succes dat het in twintib talen werd vertaald en in 22 landen over de wereld werd gelezen. Niet alleen is de uitgave prachtig geïllustreerd, het thema blijft erg actueel.



Een meisje wijst naar Tuur’s rode wangen. Hij bloost en loopt helemaal rood aan wanneer ze de aandacht erop richt. De kinderen hebben plezier om hem ermee te plagen. Tuur voelt zich er erg ongemakkelijk bij. Het boek geeft goed weer hoe iets kleins kan escaleren tot pestgedrag door een grote groep kinderen. Het jongentje is overweldigd door schaamte en verdriet, en wenst zichzelf dood. Het bijzondere meisje doorbreekt de impasse.



Dit prentenboek is perfect in alle opzichten. Het grote formaat met stevige bladen zorgt ervoor dat het door vele kinderhanden kan beduimeld worden. Het is eveneens optimaal om het thema plagen en pesten op school bespreekbaar te maken.



Het verhaal is verdiepend en raakt je tot in je ziel. De illustraties tonen haarscherp hoe de gevoelens van het jongetje toenemen, hoe hij zich zo ellendig voelt dat hij liefst dood wil zijn, hoe de macht van een groep extreem kan escaleren. Daarnaast groeit het verzet van het meisje, en heel subtiel verneem je dat ook zij worstelt met een probleem.



Het is een kunst om die hele toeloop van reacties, emoties, moed en durf zo glashelder in beeld en taal te schetsen. De auteur slaagt er wonderwel in, ook in de tekst brengt hij in alle eenvoud hoe intens emoties tussen kinderen zich kunnen afspelen. Glashelder en intens voelt de taal, in alle eenvoud, aan.



Een krachtig, origineel prentenboek waarin de illustraties in de beperkte kleuren (rood en zwart, met een tikkeltje groen) de emoties treffend in de verf zetten.


Rood of waarom pesten niet grappig is
Annie Beullens - 22 januari 2015
Het begint haast ongemerkt met iets kleins. Tuur is verlegen, hij bloost gemakkelijk. De ik-figuur merkt het op en wijst naar hem en knipoogt naar Paul, de grootste pestkop. Die grijnst naar Freek, er wordt gelachen en gefluisterd. En Tuur,,die wordt roder en roder. 'Laat me met rust!', zucht hij. Maar als de pesttrein eenmaal is vertrokken, is hij nog moeilijk te stoppen en Tuur wordt alsmaar stiller en roder. De ik-figuur wil dat het stopt maar ze weet niet hoe. Paul gaat verder: hij duwt Tuur. Het meisje (de verteller) is bang van Paul. Hij heeft een vuist zo hard als baksteen. Als de juf vraagt wie wat gezien heeft, zou ze wel willen spreken, maar ze durft niet. Mijn mond is stil, maar mijn hand wil omhoog. En dan doet ze het toch en net zoals het pesten begon, gaan er nu meer en meer vingers de lucht in. Paul wil wraak nemen maar de anderen komen solidair om haar heen staan. Paul lacht groen. Groen is ook een kleur. Op die laconieke toon zou het verhaal moeten eindigen maar dan komt er nog een bladzijde (te veel) waarop het meisje met Tuur gaat spelen. De illustraties geven de gevoelens knap weer in kleur en ook door hun graad van agressiviteit. Met dit boek kan je pesten bespreekbaar maken in de klas.

Uitgelicht

Rood of waarom pesten niet grappig is (5+) - Jan De Kinder
©Bibliotheek Gent - 01 maart 2014
Levensecht verhaal over het mechanisme van pesten. De hoofdpersoon van het boek, een naamloos meisje, zet zonder het zelf te willen dit mechanisme in gang. De kinderen kijken stilzwijgend op het spel tussen pester en slachtoffer toe. Het meisje doorbreekt de stilte en onmiddellijk durven de andere kinderen zich ook verzetten tegen de pester. Jan De Kinder maakt zijn verhaal nog sterker door de illustraties: een spel van lijnen en kleuren. De klasgroep bestaat uit uitgesproken herkenbare kinderen. De kleuren geven de dynamiek van het pesten weer. Op een bepaald moment kleurt zelfs de schaduw van het gepeste blozende jongetje rood. In de Gentse bibliotheken vind je overigens nog tot eind juni een Muur tegen pesten die van filiaal naar filiaal verhuist.