Wiet gaat met haar ouders een week naar zee. Maar poes kan helaas niet mee. Het vakantiehuis staat bovenop het duin. De volgende dag neemt Wiet een duik in zee en speelt op het strand. Ze bouwt een kasteel van zand. Dan ontmoet ze Pip. Wiet plaagt Pip met zijn naam. Pip wordt daar erg boos over. Ze krijgt een koekje van eigen deeg. Maar de vrede wordt snel gesloten. Pip en Wiet trekken samen op met elkaar. Dan begint Wiet poes toch wel te missen en als ze weer naar huis gaan mist Wiet Pip weer erg. Mama weet daarvoor een oplossing. Dit boekje in een serie voor het aanvankelijk lezen heeft een niveau AVI-M3 voor lezers medio groep drie primair onderwijs. De tekst is gezet in een schreefloze letter, loopt niet in enjambement door over de regel en volstaat met woorden van het type mkm, mkm met dubbelklanken als ui, aa, oo, ee, ie en oe en mkmm-woorden. De zonnige illustraties met een wat cartoonesk karakter laten voorvalletjes uit de tekst zien. Boekje uit de serie ‘Maan roos vis’, waarin gelijktijdig vijf andere deeltjes* op hetzelfde leesniveau verschenen. Vanaf ca. 6 jaar. Verberg tekst