Kaat is een hartstochtelijk auteur. Ze schrijft diverse brieven: aan haar mama 1 die als BOM-moeder ook nog een relatie heeft met een mama 2, aan Sinterklaas een verlanglijst, aan Koen een liefdesbrief, aan haar vader, de haar onbekende verwekker, aan god, aan haar vrienden Tijs, Tom en Roos en aan haar juf Saar die zij niet aardig vindt. De brieven staan veelal links, zonder hoofdletters, een zin per regel en met klankzuivere woorden (mkm, mmkm en mkmm). Vijf keer schrijft Kaat een gedicht en soms een spelletje met letters. De vele kleine, zwierige kleurillustraties in een gemengde techniek van o.a. aquarel en collage, veelal ter rechterzijde afgedrukt, vormen een perfecte eenheid met de tekst. Dat maakt het boekje tot een briljant werkje voor aanvankelijke lezers, medio groep 3 (ca. AVI 2) die oog krijgen voor de relatie tussen tekst en illustratie en al lezend geprikkeld worden tot het zelf gaan schrijven van briefjes, net als de verliefde Kaat op de kaft. Vanaf ca. 6 jaar.

Kaat schrijft eenlettergrepige brieven aan de Sint, aan de onbekende papa, aan God, aan en vooral over juf Saar, aan haar lesbische mama. In rammelende rijmen worden zoveel mogelijk problemen opgerakeld. Stereotiep is vooral Juf Saar, die altijd negatief beschreven wordt. Er staat ook een lesje in voor leerkrachten: ‘Lees meer voor!’ Maar welke leerkracht zal dit boek willen gebruiken waarin zinnen staan als: ’Poep maar op het haar van de juf’ (p. 20) of ‘Ze legt niets goed uit. Ze geeft niet goed les’ (p. 24) Dit boekje bewijst nogmaals dat je met een laag AVI een hoop ‘wereld’problemen kunt beschrijven en vooral dat je boven de hoofden van de kinderen kan schrijven.