Besprekingen
Voetbalfilosoof Veronesi
Op zijn veertiende was Sandro Veronesi een behoorlijk ambitieus kereltje: hij wilde én Dostojevski én voetballer worden. Zoals het een man met een plan past, hing hij daarna een poster van Frank Zappa boven zijn bed en ging architectuur studeren. Maar hij liet dat diploma netjes in de lade liggen en werd met Kalme chaos (2005), XY (2010) en Zeldzame aarden (2014) de meest succesvolle hedendaagse Italiaanse schrijver.
Als literaire beroemdheid kreeg hij de gelegenheid om columns te schrijven voor kranten en tijdschriften. Die gingen over politiek, muziek en ook sport, vooral over voetbal en vooral over zijn favoriete ploeg: Juventus Turijn. En zo was de cirkel rond, want iedereen die over voetbal schrijft, voelt zich altijd een beetje voetballer - of als het fysiek te potsierlijk wordt: voetbaltrainer.
Voor de tifosi zijn de sportcolumns nu verzameld in een boek dat een beetje doet denken aan de wedstrijden van Juve: nooit …Lees verder
Veronesi's ode aan een renner en ander sporters
Franco Ballerini was een tragische figuur. De Toscaanse renner, een van de besten van zijn generatie, leed aan hooikoorts en kon daardoor alleen pieken als het weer hem gunstig gezind was. In 'De kampioen zonder zomer' schrijft de Italiaanse schrijver Sandro Veronesi over Ballerini: 'Hij kon niet door de landerijen racen onder de zon die het graan laat rijpen, hij kon geen vluchtpoging wagen over een van die mooie door lindebomen omzoomde lanen waar de wielersport nog gebruik van maakt (...) En dan zie je zijn kracht op de glibberige straatkeien van Vlaanderen, of in de ijzige bronchitisbarende regen van maart of november, ineens als een verdoemenis: een noodgedwongen mutatie - hij moest veranderen in een Vlaming.' Ballerini, twee keer winnaar van Parijs-Roubaix, verongelukte in 2010 als co-piloot tijdens een rally. Hij werd 45.
Veronesi's kleine eerbetoon aan Ballerini is opgenomen in Een god waakt over je, de bundeling van stukken van zijn hand over de meest uiteenlopende sporten - van kunstrijden tot tennis, van oceaanzeilen tot basketbal. De meeste ervan verschenen eerder in kranten of tijdschriften.
Natuurlijk ontbreken bijdragen over Juventus, de club uit Turijn waarvan Veronesi al sinds zijn 6de jaar supporter is, niet. Mooi is het begin van het stuk waarin de auteur, met zijn 10-jarige zoon, een ontmoeting zal hebben met hun beider idool Alessandro Del Piero. 'Pap, haal die kauwgum uit je mond', zegt de zoon tegen zijn blijkbaar zenuwachtige vader.
Sommige bijdragen zijn wat oudbakken, vertaalster Manon Smits zit er hier en daar nét naast met het sportjargon, maar toch is Een god waakt over je zo'n sportboek dat je koestert vanwege de passie en zinnen die dansen als een renner die bij een gure tegenwind op de pedalen gaat staan.
***Lees verder
Taalkrul in de winkelhaak
De iconische foto van een murw geslagen Muhammad Ali die George Foreman in de achtste ronde alsnog tegen de Zaïrese mat mept. Tom Boonen die wegstuift op de kasseien van Noord-Frankrijk. De pirouettegoal van Dennis Bergkamp tegen New Castle United. Snooker-tovenaar Ronny O’ Sullivan die in amper vijf minuten een 147 uit zijn keu tovert. Michael Jordan die met elke dunk de zwaartekracht lijkt te tarten.
Op zich is elke sport een lachwekkende bezigheid – mik die bal in dat netje, fiets eens snel naar dat lijntje toe, spring zo ver je kunt – die weinig bijdraagt tot de vooruitgang van de wereld, maar elke sport kent ook transcendentale momenten, flitsen waarin de mens zichzelf lijkt te overstijgen en eerder ongenaakbaar geachte grenzen slecht. Het zijn die momenten die Sandro Veronesi beschrijft in zijn bundel Een god waakt over je . Veronesi is geen sportfanaat, maar een -liefhebber, en dat voel je in zijn teksten. Vaak zijn dat o…Lees verder