Net als in 'De schat van Gruizelkaak'*, het eerste verhaal over Eddie Kei (11), beleeft Eddie in dit tweede boek een doldwaas avontuur, dat met veel vaart en humor wordt verteld. Deze keer is zijn vierjarige, nogal eigengereide nichtje Millie, op wie hij moet passen, er ook bij betrokken. Op een regenachtige dag in de kerstvakantie vinden de twee een verregende kat, die door hen liefderijk wordt opgevangen. De kat is echter een vermomd buitenaards wezen, dat door het Malvalische Groot Genootschap met een geheime missie naar de aarde is gestuurd. Omdat het dier Eddie en Millie daar niet bij kan gebruiken, stuurt hij hen met een capsule de ruimte in. Al gauw wordt duidelijk dat het genootschap al het water op aarde wil wegnemen, waardoor de planeet zal worden vernietigd. Het is dan zaak dat Eddie en Millie zo snel mogelijk terugkeren naar de aarde. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Uiteindelijk slagen ze daarin, samen met legerkok Hendrik Hanepraai, die vele jaren eerder is ontvoerd. Eenmaal terug op aarde duurt het nog een poos voordat de bedreiging teniet is gedaan. Ruime interlinie. Vanaf ca. 9 jaar. Verberg tekst