Als Katja van Kesteren (21) op 14 mei 1940 van haar ouders die in het centrum van Rotterdam een kruidenierswinkel hebben, met haar zieke jongste zusje terugfietst naar het huis in Kralingen waar zij en haar man Daniel wonen, maken ze het bombardement van de Duitsers op de stad mee. Omdat Katja’s huis niet is geraakt komen zus Jet en broers Thijs en Hein ook daarnaartoe. Na enkele dagen is duidelijk dat haar ouders met twee kinderen zijn omgekomen. De vier andere kinderen komen bij Katja en Daniel wonen. Thijs en later Hein gaan in het verzet, Katja doet koerierswerk, maar haar schoonouders zijn NSB’ers. De succesvolle auteur (1960) van literaire thrillers en historische jeugdromans schrijft soms historische romans voor volwassenen, zoals deze. Die valt op door de indringende beschrijving van het bombardement en de gevolgen ervan, en de moeilijke keuzes die mensen door oorlog en anti-Joodse maatregelen moesten maken. Heel boeiend, al blijven plot en karaktertekening daarbij wat achter.