Het verhaal speelt zich af in de jaren 1957-1961 aan de rand van de Peel (Venlo, Horst). Lucas, arbeiderszoon, voelt sterk de sociale verschillen tussen arm en rijk. Hij wordt verliefd op Feike, dochter van een (rijke) dokter. Hij bezoekt in Waalre Antoon Coolen, die teleurgesteld is in zijn eigen romans en zich concentreert op wat hij ziet als de collaboratie van bedrijven als Daf en Philips gedurende de Tweede Wereldoorlog. Lucas vertelt hem zijn amoureuze perikelen. Hij gaat in militaire dienst. Feike is zwanger en wordt door haar ouders naar Heerlen gebracht. Lucas kan haar niet meer bereiken (ze is zijn gevallen ster). Hij gaat na zijn diensttijd in La Courtine wonen en schrijft na de dood van Coolen (1961) zijn eigen liefdesdrama op. Deze roman geeft een goed tijdsbeeld in een vlotte stijl. Daarom is dit boek, ondanks de niet zo grote literaire waarde, boeiend voor een breed publiek.