Chimamanda (ik-persoon) groeit op in Nigeria. Ze vraagt zich af waarom jongens anders worden opgevoed dan meisjes. Is het geen tijd dat daar verandering in komt? Informatief prentenboek met kleurrijke illustraties om kennis te maken met feminisme. Vanaf ca. 6 t/m 9 jaar.
Chimamanda (ik-persoon) groeit op in Nigeria. Ze vraagt zich af waarom jongens anders worden opgevoed dan meisjes. Is het geen tijd dat daar verandering in komt? Informatief prentenboek met kleurrijke illustraties om kennis te maken met feminisme. Vanaf ca. 6 t/m 9 jaar.
De auteur schrijft over wat het betekent om vandaag de dag feminist te zijn, onder andere gebaseerd op haar ervaringen in de Verenigde Staten en in haar geboorteland Nigeria.
De auteur schrijft over wat het betekent om vandaag de dag feminist te zijn, onder andere gebaseerd op haar ervaringen in de Verenigde Staten en in haar geboorteland Nigeria.
De oude heer Barraclough is overleden en zijn stiefdochter Faith hoopt op een grote erfenis, die zij alleen maar met haar tweelingzuster Hope hoeft te delen. Faith staat zeer vijandig tegenover de bedienden van haar vader, met uitzondering van Johnson, de chauffeur, met wie zij wel een verhouding zou willen hebben. Maar Johnson is al verloofd met Anne Beale, de secretaresse, die - gedwongen door
De oude heer Barraclough is overleden en zijn stiefdochter Faith hoopt op een grote erfenis, die zij alleen maar met haar tweelingzuster Hope hoeft te delen. Faith staat zeer vijandig tegenover de bedienden van haar vader, met uitzondering van Johnson, de chauffeur, met wie zij wel een verhouding zou willen hebben. Maar Johnson is al verloofd met Anne Beale, de secretaresse, die - gedwongen door Faith - een valse verklaring heeft ondertekend, waardoor zij van diefstal beschuldigd kan worden. Johnson doet een vergeefse poging om het document in handen te krijgen, hetgeen de verhouding met Faith niet ten goede komt. Faith heeft de verklaring in een enveloppe gedaan en aan Mabel, het dienstmeisje, gegeven met de opdracht de brief te posten als de weeromstandigheden zich verbeterd hebben. Voortdurende regenval heeft de komst verlaat van notaris Blundell en zijn compagnon Mickleby, in wie Faith hardnekkig begrafenisondernemers ziet. Blundell en Mickleby passen zich aan en gaan naar de kist, waarin tot hun grote verbazing geen lijk ligt. Gezien de geheimzinnige sfeer in huis wil Blundell best eens meer van deze zaak weten, vooral ook als blijkt, dat het testament onjuist blijkt te zijn. De laatste wilsbeschikking van Barraclough was een grote teleurstelling geworden voor Faith, want alle bedienden kregen aanzienlijke legaten onder voorwaarde dat zij nog zes maanden in dienst moeten blijven. Tot ieders verrassing wordt Faith plotseling onwel en zij overlijdt ter plaatse. Blundell denkt ogenblikkelijk aan vergiftiging, wat niet bevestigd wordt door het onderzoek van de dove en halfblinde dokter Brown, die het op een hartaanval houdt. De dood van Faith betekent ook weer extra werk voor de begrafenisondernemer Sorell, die inmiddels ook gearriveerd is. De geruisloze komst van Hope, die grote gelijkenis vertoont met haar zuster Faith, zorgt voor de nodige verwarring. Hope begint meteen zeer energiek het personeel te tyraniseren, waaronder de goeiige keukenmeid Agnes, in de hoop dat zij ontslag zullen nemen, zodat zij de hele erfenis krijgt. Zij houdt daarbij echter geen rekening met de clausule dat de bedienden niet ontslagen mogen worden. Het onderzoek van Blundell en Mickleby wordt steeds moeilijker. In het huis blijken geheimzinnige gangen en panelen te zijn. Ook het lijk van Faith raakt, zeer tot ongenoegen van Sorell, zoek. Dan vertoont Hope plotseling dezelfde ziekteverschijnselen als haar zuster en dat brengt Blundell op het goede spoor. In een groots geenscèneerde bijeenkomst, waarbij Mickleby de rol van lokaas speelt, weet Blundell de dader te ontmaskeren. (cop. NCA)
De oude heer Barraclough is overleden en zijn stiefdochter Faith hoopt op een grote erfenis, die zij alleen maar met haar tweelingzuster Hope hoeft te delen. Faith staat zeer vijandig tegenover de bedienden van haar vader, met uitzondering van Johnson, de chauffeur, met wie zij wel een verhouding zou willen hebben. Maar Johnson is al verloofd met Anne Beale, de secretaresse, die - gedwongen door
De oude heer Barraclough is overleden en zijn stiefdochter Faith hoopt op een grote erfenis, die zij alleen maar met haar tweelingzuster Hope hoeft te delen. Faith staat zeer vijandig tegenover de bedienden van haar vader, met uitzondering van Johnson, de chauffeur, met wie zij wel een verhouding zou willen hebben. Maar Johnson is al verloofd met Anne Beale, de secretaresse, die - gedwongen door Faith - een valse verklaring heeft ondertekend, waardoor zij van diefstal beschuldigd kan worden. Johnson doet een vergeefse poging om het document in handen te krijgen, hetgeen de verhouding met Faith niet ten goede komt. Faith heeft de verklaring in een enveloppe gedaan en aan Mabel, het dienstmeisje, gegeven met de opdracht de brief te posten als de weeromstandigheden zich verbeterd hebben. Voortdurende regenval heeft de komst verlaat van notaris Blundell en zijn compagnon Mickleby, in wie Faith hardnekkig begrafenisondernemers ziet. Blundell en Mickleby passen zich aan en gaan naar de kist, waarin tot hun grote verbazing geen lijk ligt. Gezien de geheimzinnige sfeer in huis wil Blundell best eens meer van deze zaak weten, vooral ook als blijkt, dat het testament onjuist blijkt te zijn. De laatste wilsbeschikking van Barraclough was een grote teleurstelling geworden voor Faith, want alle bedienden kregen aanzienlijke legaten onder voorwaarde dat zij nog zes maanden in dienst moeten blijven. Tot ieders verrassing wordt Faith plotseling onwel en zij overlijdt ter plaatse. Blundell denkt ogenblikkelijk aan vergiftiging, wat niet bevestigd wordt door het onderzoek van de dove en halfblinde dokter Brown, die het op een hartaanval houdt. De dood van Faith betekent ook weer extra werk voor de begrafenisondernemer Sorell, die inmiddels ook gearriveerd is. De geruisloze komst van Hope, die grote gelijkenis vertoont met haar zuster Faith, zorgt voor de nodige verwarring. Hope begint meteen zeer energiek het personeel te tyraniseren, waaronder de goeiige keukenmeid Agnes, in de hoop dat zij ontslag zullen nemen, zodat zij de hele erfenis krijgt. Zij houdt daarbij echter geen rekening met de clausule dat de bedienden niet ontslagen mogen worden. Het onderzoek van Blundell en Mickleby wordt steeds moeilijker. In het huis blijken geheimzinnige gangen en panelen te zijn. Ook het lijk van Faith raakt, zeer tot ongenoegen van Sorell, zoek. Dan vertoont Hope plotseling dezelfde ziekteverschijnselen als haar zuster en dat brengt Blundell op het goede spoor. In een groots geenscèneerde bijeenkomst, waarbij Mickleby de rol van lokaas speelt, weet Blundell de dader te ontmaskeren. (cop. NCA)