Kunstschilders uit de Gouden Eeuw werden in de negentiende en de twintigste eeuw door kunsthistorici bijna uitsluitend op basis van de artistieke kwaliteit van hun oeuvre beoordeeld. In deze tentoonstellingscatalogus wordt op een moderne en vernieuwende manier gebruikgemaakt van ideeën uit aanpalende vakgebieden, onder andere over sociale netwerken: voor de 'carrière' en het persoonlijke leven van de schilder belangrijke familie- en vriendschapsbanden en andere persoonlijke contacten. Het Rembrandthuis, het huis waar Rembrandt in Amsterdam het grootste deel van zijn leven heeft gewoond en dat is ingericht alsof Rembrandt daar nu nog steeds woont, is de ideale setting voor dit verhaal. Na een voorwoord en diverse inleidingen volgen chronologisch geordend hoofdstukken over de verschillende groepen 'vrienden'. Voor elke groep is een kunsthistorische specialist bereid gevonden mee te werken. Met een lijst van bruikleengevers, notenapparaat, literatuuropgave en colofon. Het is een mooi uitgevoerd, fraai geïllustreerd en toegankelijk boek, dat ook voor niet-kunsthistorici goed te lezen is. Hide text