Berlijn, januari 1922. In het interbellum bezoeken Walter, pacifistische zoon van een Amerikaanse diplomaat en Natalia, actief communiste, de Dada-tentoonstelling. Aansluitend worden ze toegelaten tot de lessen van het Bauhaus (Weimar), de academie voor architectuur en toegepaste kunst. Walters docent, Johannes Itten, beschouwt kunst bijna als een religie. Natalia zit meer op de lijn van Kandinsky. Over kunst vechten Walter en Natalia als kat en hond, privé voelen ze zich tot elkaar aangetrokken. Tweede deel van een stripdrieluik. Manini is een ervaren scenarist. Hij maakt een aardige mix van enige feitelijke informatie over kunststromingen in de context van de ontwikkelingen als Freikörperkultur, kleinburgerlijkheid, sociale onrust en opkomend nazisme. Mangin is een relatieve nieuwkomer. Zijn tekeningen zijn licht schematisch realistisch, fraai van invalshoek. Niet voor een groot publiek, maar kunstliefhebbers zullen deze achtergrondinformatie over het Bauhaus zeker aardig vinden. Niet afzonderlijk leesbaar vervolg op 'Rode revolutie' (2013)*. Hide text