Derde boek van Le Carré, dat hij in zes weken schreef en dat in 1963 voor het eerst werd uitgegeven. Hiermee vestigde hij zijn internationale reputatie en het geldt nog altijd als een van de grote klassiekers uit de spionageliteratuur. De titel slaat op het werk van spionnen die koel en berekenend hun werk moeten doen. Vaak sterven ze in het harnas, maar soms overleven ze alles en zouden ze met pensioen moeten (uit de kou in de warmte komen). Hoofdpersoon Leamas zit ten tijde van de Koude Oorlog voor de Britse geheime dienst in Berlijn. Als hij zijn zoveelste agent verliest haalt Londen hem terug. Ogenschijnlijk gaat hij oneervol met pensioen en raakt hij aan lager wal. Er zit echter een duivels plan achter dit alles, zonder happy end. Typisch spionageverhaal waarbij lang onduidelijk blijft wie aan welke kant staat en hoeveel dubbelrollen er zijn. Een goed geconstrueerd geheel, wel eerder filosofisch dan spannend. Nog altijd heel leesbaar na al die jaren. In het nawoord uit 1989 beschrijft Le Carré welke invloed het boek op zijn leven heeft gehad. Normale druk. Hide text