Barn (9), een jongetje van het boomvolk, durft niet zoveel als de meeste andere kinderen van zijn volk. Wel kan hij met insecten praten. Als hij oud genoeg is, wordt hij net als de andere zaailingen (kinderen) op pad gestuurd om een proeve van volwassenheid af te leggen. Zijn proeve is die van moed, en hij gaat midden in de nacht op weg, vergezeld van een kruisspin en een mier. Het wordt een zeer gevaarlijke en spannende reis, waarin hij allerlei vreemde en gevaarlijke wezens ontmoet en hij een drakenei moet stelen. Een met veel warmte geschreven verhaal, mooi en bedachtzaam van taal met sprookjesachtige elementen. Er lijkt geen sterke rode draad te zitten in de avonturen die Barn beleeft. De verhaalwerelden zijn fantasievol, maar te weinig uitgewerkt om te overtuigen en de lezer echt te grijpen. Met enigszins abstracte pentekeningen in zwart-wit, die een sinistere, donkere sfeer ademen. De auteur won in 2013 de Woutertje Pieterse Prijs voor 'Kelderkind'. Een sprookjesachtig verhaal over moed, liefde en je eigen beslissingen nemen. Vanaf ca. 10 jaar. Hide text

‘Drakendal’ vertelt het verhaal van Barn, een jongen die geen twijgje meer wil zijn. Een spannend verhaal over een klein jongetje die moedig en sterk wil zijn, en in zichzelf gelooft. Naast het mythisch verhaal van Kristien Dieltiens, bevat het boek mooie illustraties van Seppe Van Den Berghe.

Barn is een zaailing bij het Boomvolk. Hij leeft in een mythische wereld, helemaal anders dan de onze. Het Boomvolk leeft erg dicht bij de natuur. Leden van het Boomvolk kunnen praten met insecten en dieren. Elke zaailing heeft zijn eigen boom waarbij hij geborgenheid en vriendschap vindt. In tegenstelling tot zijn vriend Neno, die tot in de hoogste top durft te klimmen, is Barn helemaal geen durver. Hij blijft liever veilig op de grond. Iedereen noemt hem spottend 'een twijgje'. Nu hij negen is, komt het moment dat Barn zo vreesde. Het is tijd voor het overgangsritueel. Maar waarom krijgt net híj, die overal bang van is, de amulet van de Moed? Zijn opdracht brengt hem naar Drakendal, een gevreesd gebied voorbij Helheim en Alfheim. 

De wereld van Barn verschilt in alles van de onze. De avonturen die hij meemaakt zijn mysterieus met onverwachte wendingen. Tijdens het lezen herken je een paar elementen uit de Noorse mythologie en de Oudheid. Helheim en Alfheim verwijzen naar de twee uitersten van de negen werelden uit de Noorse mythologie. Helheim is de onderwereld waar de dochter van Loki, Hel, heerst. Alfheim is de bovenste wereld waar de lichtelfen en de god Freyr wonen. De mier Hercul bv. die, ondanks zijn kleine gestalte, er toch in slaagt een leeuw, een reuzenslang en een stier te verslaan, verwijst uiteraard naar zijn naamgenoot, de Griekse God Hercules. Zoals de prachtige illustratie op de voorkaft al doet vermoeden, moet ook de kleine Barn het opnemen tegen een grote gevreesde vijand. Een spannende tocht door een bevreemdende wereld. Het onverwachte einde laat je ietwat verloren achter. De fijne ets-achtige tekeningen van zoon Seppe Van Den Berghe leunen mooi aan bij de mysterieuze, duistere sfeer die Dieltiens creëert.  

Deze fantasy is geschikt voor geoefende lezers vanaf 11 jaar die bekend zijn met het genre.

Hide text