De vragen die de auteurs opwerpen, cirkelen rond de driehoek mens-wereld-God. Hieruit rijst de zingevingsvraag op, die in onze gefragmenteerde wereld niet een pasklaar antwoord vindt. Dit boek poogt, vanuit het gedachtegoed van Rosenzweig en Levinas, aan de hand van bekende thema's van Nietzsche, Dostojevski, Kafka en de bijbelboeken Genesis en Lucas de lezer, gedesoriënteerd door de huidige crisistijd als hij wellicht is, aanknopingspunten te bieden om met die zinvraag om te gaan. In Genesis 2 wordt verteld hoe de Ene de roodbloedige mens (vertaling van Oussoren) formeert uit het stof van de bloedrode aarde en hem leven inblaast: Adam, de mens. De auteurs zien hier geen dualisme tussen stof en geest/ziel, evenmin ontwaren ze in de vrouw een afgeleide van de man. Op meer plaatsen bieden zij een verfrissende kijk op die oeroude tekst, bijvoorbeeld op de menselijke vrijheid en de, ook seksuele, verhouding tussen man en vrouw. De ethiek blijkt het veld te zijn waarin de zingevingsvraag werkelijk gedijt. Hide text