Hannie en Timmy (± 12 en 10 jaar) logeren bij oom detective. In opdracht sporen ze een poes op. Daartoe komen ze in het geheimzinnige huis van professor Knetter en diens oerlelijke en enorm grote hulp. De professor is de uitvinder van de Knetterkwabmachine. Daarmee kan hij herseneigenschappen verwisselen. Oom eindigt in het verhaal met de eigenschappen van de kat voor een half jaar en andersom. Door de groteske uitwerking van de situaties en de karakters van de volwassenen is het boek gelijktijdig griezelig en humoristisch. Het is dynamisch geschreven met veel dialoog in twaalf hoofdstukjes. De lay-out is goed afgestemd op de doelgroep 10-12 jaar. Om de paar bladzijden een bij de sfeer aansluitende zwartwit tekening van de pas 16-jarige oud-leerling van de auteur. Het gekleurde omslag geeft de inhoud van het knettergekke verhaal al aan.