Nooit genoeg... Een verzamelaar heeft nooit genoeg, kan nooit genoeg verzamelen. Een onlogische, maar productieve uitweg voor dat eeuwige tekort ligt in het verzamelen van fictieve dingen, omdat de verzameling dan steeds binnen je eigen grenzen blijft, zonder dat je je zorgen hoeft te maken over wat je allemaal nog niet hebt. Die weg heeft Pieter Gaudesaboos, notoir verzamelaar en vintage nostalgicus, gekozen in zijn nieuwste jeugdboek + cd, dat hij samen met VRT-journaliste Annick Lesage heeft gemaakt. Met veel en warme aandacht voor plastic speelgoed, filmpjes uit de oude doos en herinneringen sluit Briek aan bij 123 piano (Lannoo, 2005). Beide werken zijn trouwens gelinkt aan Tapis Plein, de vzw voor erfgoed en 'herinneringsfabriek' waar Gaudesaboos deel van uitmaakt. Een verzameling rond het figuurtje Briek figureerde prominent in de reizende tentoonstelling 'Nooit genoeg'. (zie
www.tapisplein.be en
www.nooitgenoeg.be).
Met Briek willen Gaudesaboos, Lesage en Tapis Plein de lezers aanzetten tot verzamelen. Aan het eind van het boek vind je tien speelse infopagina's over het onderwerp, met aanmoedigingen en voorbeelden van soms vrij bizarre verzamelingen. Maar het is vooral de manier waarop het boek en de cd gemaakt zijn, die moeten aanzetten tot verzamelen ? en dat in een brede betekenis van de term: aandacht hebben voor het bijzondere in het gewone en dat ene afwijkende detail dat een verborgen verhaal blijkt te kunnen ontsluiten. Zo'n speciale aandacht kan de aanzet zijn tot een merkwaardige verzameling van voorwerpen, beeld- en geluidsfragmenten, en herinneringen, zoals dat het geval is met Briek.
Dat ene afwijkende detail was voor de auteurs van Briek een intrigerend spoor van een vreemd figuurtje, het kindsterretje Briek Vierstraete. Gaudesaboos beweert op een rommelmarkt een aantal peuterboekjes gevonden te hebben met Briek in de hoofdrol. Eenvoudige boekjes als Waar is de vogel?, Briek houdt van Briekette en Briek zegt 'Ja' , die met een minimum aan woorden, grote, gestileerde figuren en felgekleurde achtergronden sterk doen denken aan het werk van Dick Bruna. Als je het boek Briek omdraait, vind je trouwens een reproductie van Waar is de vogel?, een werkje dat een sleutelrol speelt in het hele verhaal rond Briek. Annick Lesage vond op haar beurt een spoor van Briek op een oude geluidsband uit het VRT-archief. Aan het eind volgde er een stukje over de mysterieuze verdwijning van het kindsterretje Briek. Beide sporen zetten de auteurs aan tot een fanatieke zoektocht. Gaudesaboos zocht naar meer materiële voorwerpen (Briek-poppetjes, speelgoed, brooddozen, cornflakes, singles, filmpjes etc.), Lesage naar getuigenissen over Briek, zijn leven en verdwijning. Ze slaagden erin om het leven van Briek te reconstrueren: een vreemd uitziend, gehandicapt jongetje dat begin de jaren '60 een korte televisiecarrière maakte. Hij was onderwerp van een hype, met alle spin-offs en merchandising van dien. Die commercialisering was het werk van manager Roger Crombeen, die het jongetje echter zozeer uitbuitte dat Briek er in 1963 vantussen muisde. Lesage wist te achterhalen waar Briek uiteindelijk terechtkwam.
Maar dit hele verhaal is dus fictief: boek en cd zijn vervalsingen. De cd bevat een knappe fictieve documentaire van Annick Lesage en het boek is een geannoteerde verzameling van een groot aantal door Gaudesaboos gemanipuleerde beelden. De auteurs spelen met dat fictieve gegeven. Hoewel ze ook in begeleidende teksten en interviews gewagen van een waargebeurd verhaal (zie ook
www.vriendenvanbriek.blogspot.com, de blog die voorafging aan het boek, en er ook mee verdergaat), heb je bij de eerste foto waarop Briek figureert meteen door dat dit een fictief verhaal moet zijn. Briek is immers niet meer dan een ballon in de vorm van een jongetje, een variant van het bekende Fischer Prize-poppetje. Je herkent in de vormgeving van de Briek-voorwerpen onmiddellijk de stijl van Gaudesaboos: vogeltjes, vlinders en allerlei andere zaken in reeksen naast elkaar gezet, kronkelende lijnen, nevenschikking i.p.v. dieptewerking, ingewikkelde fabrieksplannen, kortom zijn kenmerkende drukke composities, sierlijke digitale lijn en uitbundige creativiteit. De foto's en voorwerpen zijn echter zo verduiveld goed gemanipuleerd ? bijeen geknutseld, gephotoshopt, inclusief vlekken en een vervagend effect ? dat je wel eens begint te twijfelen of het nu toch geen waargebeurd verhaal zou kunnen zijn. Gaudesaboos heeft dit al eerder gedaan: een absurde situatie zo geloofwaardig vormgeven dat ze 'griezelig echt' lijkt.
Het luisterboek van Lesage draagt nog sterker bij tot de geloofwaardigheid van het geheel. Gemaakt volgens het genre van een lange radiodocumentaire komt het heel overtuigend over, met een spannende opbouw, emotionele spankracht, persoonlijke betrokkenheid en een ontroerende ontknoping. We horen knap geacteerde getuigenissen van enerzijds bekende figuren als Zaki en Paula Semer, en anderzijds 'bekenden' van Briek, zoals zijn broer, zus, oude schoolmeester etc. Alleen wanneer Briek zelf aan het woord komt in oude geluidsfragmenten, besef je dat er iets niet klopt. Deze jongen van twaalf jaar spreekt nl. met de stem en geest van een vier-, vijfjarige. De onechtheid leidt je ook af uit de onwaarschijnlijkheid van Brieks situatie. Ten slotte hebben de auteurs zich niet uitgeput om alle gegevens te doen kloppen volgens de tijd. Hoewel ze een consistent verhaal brengen, is er toch sprake van anachronisme. Zo stamt het speelgoed dat Gaudesaboos manipuleert vnl. uit de jaren '70. Het hele gegeven van de grote tv-impact en merchandising komt ook niet overeen met de praktijk aan het begin van de jaren '60. En het vette West-Vlaamse accent van Briek zou in die tijd de taalpoortwachters van de toenmalige BRT niet gepasseerd zijn.
Waar Gaudesaboos en Lesage weggeven dat dit een fictief verhaal is, trekken ze de aandacht op de constructie ervan en wordt duidelijk dat ze nog een andere bedoeling hebben met dit hele project. Boek en vooral cd werken naar een climax en ontknoping toe, maar fungeren ook als kapstok voor het verzamelplezier, spoorzoeken en respect voor de dingen die de auteurs willen overbrengen. Verzamelplezier: de met zichtbaar plezier 'gefabriceerde', gevarieerde collectie van spulletjes rond het figuurtje Briek kan als voorbeeld dienen voor gelijkaardige verzamelingen en het bedenken van een verhaal errond. Spoorzoeken: hoe je geïntrigeerd kunt worden door een terloopse vondst of opmerking, hoe een kleine ongewoonheid een heel verhaal kan inhouden. Respect voor de dingen: het is opmerkelijk te zien/horen hoe de auteurs omgaan met wat ze 'gevonden' hebben, als heuse archivisten presenteren en onderzoeken ze hun materiaal in de beste omstandigheden. Gaudesaboos heeft de vormgeving van dit vierkante boekje tot in de puntjes verzorgd. Via de curieuze weg van een meesterlijke vervalsing is Briek een ode aan alledaagse cultuurproducten geworden.
Als kinderboek is Briek een gewaagd concept. Het heterogene pakket treedt ver buiten de gebruikelijke paden. De cd biedt als luisterboek een duidelijk verhaal aan, maar introduceert in het genre nieuwe verhaaltechnieken, ontleend aan de radio-documentaire. Jonge kinderen hebben wel moeite met de volwassen toon van zo'n documentaire en raken enkel geboeid door de sporadische fragmenten waarin Briek zelf spreekt of zingt. Gaudesaboos experimenteert verder met beelden en foto's, met ditmaal een opmerkelijke verhouding tussen beeld en verhaal. Eerst wordt het hele verhaal summier verteld in een interview, waarna er steeds op teruggekomen wordt in de bijschriften bij de foto's. Het is alsof je in een tentoonstellingscatalogus bladert die mordicus een bewijs uit het ongerijmde wil leveren. Om het gevoel van eenheid en het dramatische gehalte van het verhaal te versterken, heeft Gaudesaboos allerlei gecodeerde boodschappen en symbolen in de foto's verstopt. Deze "geheime boodschappen van Briek" worden in de bijschriften uitgelegd. Ze vormen een leuk zoekelement in de verzameling foto's en wijzen ook al weer op de onwaarschijnlijkheid van het verhaal. Net als in 123 piano spreekt Gaudesaboos in Briek zijn eigen grote collectie oud, plastic speelgoed op creatieve wijze aan, maar ditmaal zorgt hij voor meer narratieve eenheid, zij het dan in een allerminst traditionele verhaalwijze.
De heterogeniteit van Briek maakt het moeilijk om een leeftijdsaanduiding op het boekje te plakken. Om het geheel te waarderen, moet je minstens negen jaar oud zijn. Maar zullen tieners nog geïnteresseerd zijn in een figuurtje als Briek, dat thuishoort in de leefwereld van kleuters, en in een Vlaanderen dat ver weg lijkt? Het zal vooral de knap vormgegeven zoektocht naar Briek zijn die hen zal aanspreken. Er zit natuurlijk een hedendaagse relevantie aan het boekje (de commercialisering van kindsterretjes), maar dat moet je er als lezer zelf in leggen, want de auteurs leggen andere klemtonen. Persoonlijke inbreng en aandacht voor het creatieve aspect zijn wat de lezer moet engageren om dit project, dat op een toch vrij mager verhaal steunt, ten volle te waarderen.
[Chris Bulcaen]
Hide text