Volgens Tom Wolfe is taal uniek voor de mens en bewijs van het fundamentele verschil tussen mens en dier. In dit boek vraagt hij zich af hoe het toch mogelijk is dat hiervoor geen wetenschappelijke verklaring wordt gevonden. Hij bespreekt allereerst het darwinisme en concludeert dat de evolutietheorie totaal geen licht werpt op ontstaan en wezen van taal. En hij stelt daarna in het andere deel van het boek dat ook de oppermachtige, transformationeel-generatieve grammatica van Noam Chomsky faalt om het wezen van taal te verklaren. Volgens Wolfe is taal niet het resultaat van natuurlijke selectie of van linguïstische structuren. Taal is een door de mens zelf gemaakt cultureel gereedschap dat dient als ondersteuning van het geheugen. Het boek is vlot geschreven, op het randje van populistisch. De tegenstelling tussen de antropologen Darwin-Wallace en de linguïsten Chomsky-Everet is overdreven. Tegenvoorbeelden van en problemen met zijn visie bespreekt Wolfe niet. Kennis van evolutiebiologie of linguïstiek is niet nodig. Hide text