Prentenboek over een jongetje, dat voor zijn ontbijt graag een pannenkoek wil eten. Omdat zijn moeder het druk heeft, mag hij zelf alle ingrediënten bij elkaar zoeken, zodat zijn moeder er een pannenkoek van kan bakken. Leerzaam prentenboek waarin peuters vanaf ca. 4 jaar op een speelse manier wordt uitgelegd wat er allemaal nodig is om zoiets lekkers als een pannenkoek te bakken; ook de herkomst van de ingrediënten komt aan de orde. Illustraties in een collage-techniek met mooie warme kleuren.

En dan ligt er een lekkere pannenkoek op je bord … Hoe die daar komt? Daar staan we meestal niet bij stil. Tegenwoordig komt bloem uit een papieren zak, eieren uit een kartonnen doos en melk uit een tetrabrik. Eric Carle laat in ‘Het pannenkoekenboek’ zien dat de ingrediënten eigenlijk een langere weg afleggen dan van de supermarkt tot thuis. Floris moet in het boek op zoek naar alle ingrediënten vooraleer mama een pannenkoek voor hem bakt. Bloem wordt gewonnen uit tarwe, de eitjes komen van de kip en boter moet van de melk gekarnd worden. De meeste kinderen zullen behalve het feit dat de eitjes van de kip komen, weinig herkennen in dit boekje. Het boek was in die zin al gedateerd vooraleer het uitkwam (1990). De herhaling in het verhaal (Floris moet steeds op zoek naar een nieuw ingrediënt) kan kinderen wel aanspreken. Het einde van het boek is eigenlijk een geïllustreerd recept om pannenkoeken te bakken. De illustraties zijn typisch Eric Carle: je houdt ervan of je houdt er niet van.
Masquer le texte