'Achttienhoog' is de tweede roman van de blinde schrijver en cabaretier Vincent Bijlo (1965). Het kan gezien worden als een vervolg op de eerste, 'Het instituut'*, maar is uitstekend los daarvan te lezen. De schrijfstijl is een stuk beter, minder cynisch en zeker humoristisch. De blinde hoofdpersoon Otto Iking gaat Nederlands studeren in Utrecht. Otto krijgt een flat op achttienhoog, die later onbewoonbaar verklaard blijkt te zijn. Hij blijft daar toch alleen wonen en heeft nu zeven lege kamers tot zijn beschikking. Tijdens de introductieweek wordt hij verliefd op zijn mentrix Trijntje. Maar het blijft bij een romantisch avontuurtje. Op de voorkant staan deze keer de naam van de auteur en de titel van het boek in braille (bij 'Het instituut' ging het om schuttingwoorden). Vincent Bijlo (1965) bezocht het blindeninstituut in Huizen en studeerde vervolgens Nederlands.Vrij kleine druk. De flaptekst is overdwars gedrukt.